De Rome II-verordening voorziet in diverse uitzonderingen op de hoofdregel van artikel 4(1), waarbij normaal het recht van de plaats waar de schade optreedt geldt. Voor letselschade in Westland, een regio met veel kassenarbeiders en grensoverschrijdend verkeer, is artikel 4(2) van groot belang: als zowel dader als slachtoffer gewoonlijk in Westland verblijven, geldt Westlands Nederlands recht. Dit biedt bescherming aan lokale slachtoffers bij ongevallen in het 'thuisgebied', zoals op de N213 of in de glastuinbouwsector.
Andere relevante uitzonderingen
Artikel 4(3) maakt een flexibele uitzondering mogelijk wanneer er manifest nauwere banden bestaan met een ander rechtsstelsel, bijvoorbeeld door familiebanden tussen Westlandse tuinders en buitenlandse seizoenswerkers of gezamenlijke woonplaats in de regio. Voor voertuigen en productaansprakelijkheid geldt artikel 5, met het recht van de plaats waar het product schade veroorzaakt, relevant voor transportongevallen rond Poeldijk of 's-Gravenzande.
Bij milieuschade, zoals bij incidenten in Westlands kassencomplexen (artikel 7), mag het slachtoffer kiezen tussen het recht van de plaats van de schade of van de gebeurtenis. Artikel 14 laat rechtskeuze toe na het incident, mits schriftelijk en niet in strijd met derdenbelangen.
Praktijkvoorbeeld: Een Westlandse fietser uit Monster raakt gewond in België door een Franse vrachtwagenchauffeur die levert aan lokale kassen. Als beiden in Westland wonen, geldt Nederlands recht met hogere smartengeldnormen. Westlandse rechters, bekend met regionale dynamiek, wegen feiten zwaar bij toepassing.
Deze uitzonderingen beperken forum shopping en verhogen voorspelbaarheid voor Westlandse ondernemers en bewoners in internationale letselzaken.